Een octrooigeschil tussen Nokia en Oppo (en OnePlus) heeft er nu toe geleid dat de toestellen van Oppo en OnePlus niet meer verkocht mogen worden in Duitsland. De rechter heeft hiertoe besloten. Het is niet uitgesloten dat andere (Europese) landen volgen.
Oppo en OnePlus uit schappen in Duitsland
Al meerdere jaren zijn Nokia en Oppo/OnePlus in een conflict verwikkeld omtrent een geschil over octrooien voor het gebruik van de 4G-technologie. Een octrooigeschil is iets dat vaker gebeurt in de techwereld en niet zelden wordt dat niet bijgelegd en moeten producten uit de schappen worden gehaald. Denk bijvoorbeeld aan Wiko dat om die reden de Nederlandse markt verlaten heeft, nadat het niet met Philips om tafel wilde zitten. Nu heeft Oppo een hoger beroep tegen Nokia verloren, en heeft de rechter besloten dat zowel OnePlus als Oppo hun toestellen van de Duitse markt moeten halen. Het verbod geldt ook voor de merken Realme en Vivo.
Begin juli vaardigde de rechtbank van het Duitse Mannheim een bevel uit om een schikking te treffen. Wanneer dit niet zou plaatsvinden, zou er een verkoopverbod opgelegd worden voor toestellen van Oppo (en ook OnePlus). De zaak is niet opgelost, waardoor er nu een verkoopverbod geldt in Duitsland voor zowel OnePlus als voor Oppo. Volgens Oppo zou het probleem liggen bij een licentieovereenkomst voor het gebruik van 4G-technologie van Nokia. Het Finse bedrijf zou een onredelijk hoge licentievergoeding vragen voor de verlenging hiervan. Daarbij zou Nokia volgens Oppo een dag na het aflopen van de licentieovereenkomst naar de rechter zijn gestapt.
Tegenover het Duitse Wirtschaftswoche wordt gesteld dat de Duitse markt niet volledig wordt verlaten. Andere producten zoals headsets en bepaalde accessoires zullen blijven verkocht worden in Duitsland. Bestaande Oppo-klanten kunnen hun toestel gewoon zonder problemen blijven gebruiken en krijgen ook alle toekomstige updates; zo laat Oppo weten. Zowel Oppo als OnePlus hebben het productassortiment leeggehaald.
Oplossing?
Volgens Oppo wordt er gewerkt aan een oplossing. Het bedrijf zou volgens schattingen in Duitsland een marktaandeel hebben van 10 procent. De BBK-merken samen hebben een aandeel van naar schatting 20 procent. Er worden volgens deze berichten circa twee miljoen smartphones verkocht per jaar. Naar verluidt, zo meldt Winfuture, zou de fabrikant 2,50 euro per verkochte smartphone aan licentiekosten moeten betalen. Dit geldt echter voor alle smartphones die het wereldwijd verkoopt, dus niet alleen in Duitsland. Iets wat een dure aangelegenheid kan worden, en waardoor mogelijk de aanwezigheid in Duitsland onder een vergrootglas komt te liggen bij moederbedrijf BBK.
Niet alleen in Duitsland is de zaak aangespannen. Volgens de berichten heeft Nokia het bedrijf BBK (met merken als Oppo, OnePlus, Realme en Vivo) ook aangeklaagd in Nederland, Frankrijk, Finland, Zweden, Spanje en en het Verenigd Koninkrijk. Wanneer de rechtbank beslist in het voordeel van Nokia, dan kan het zomaar zijn dat ook hier de stekker uit de verkoop van OnePlus en Oppo-toestellen gaat.